Wanneer er zoveel mensen bij elkaar leven kan je niet zonder spelregels. Niet om met het vingertje te wijzen, maar zodat we weten wat we van elkaar kunnen verwachten. Als je anderen en hun spullen (dus ook het terrein) behandelt zoals je zelf wilt dat jij en je spullen worden behandeld, kan er niets misgaan. Daarnaast zijn er wat punten die speciale aandacht vragen: we zijn tenslotte een scoutingterrein. Kijk daarom even extra naar de afvalregeling en de stookregels.
Maak deze regels bij je groepsleden bekend en leef ze na!
Bij de kampprijs is inbegrepen het gebruik van faciliteiten als pionierhout, stookhout en toilet en douches, met uitzondering van elektriciteit, kano’s, tafels en banken, tenten en pioniertouw.
Bij aankomst op het terrein meldt de verantwoordelijke leiding zich bij de kampwacht.
De faciliteiten kunnen bij de kampwacht worden geboekt. Dit geldt ook voor de centrale kampvuurcirkels.
Alle op het terrein aanwezige groepen helpen mee met het schoonhouden van het toiletgebouw. De kampwacht stelt hiervoor een schema op en levert schoonmaakmiddelen.
Voor gebruik van terrein en materialen, alsmede omgang met de natuur gelden normen zoals die binnen Scouting gebruikelijk zijn. Bij twijfel hierover kan de kampwacht je duidelijkheid verschaffen.
Aanwijzingen over slecht gedrag zijn bindend, en indien hierop niet gereageerd wordt, heeft de kampwacht de bevoegdheid een of meer leden van of de gehele groep weg te sturen, en de groep in de toekomst te (laten) weigeren.
In verband met de bodemgesteldheid kunnen geen auto’s op het terrein rijden.
Parkeren is mogelijk op de verbindingsweg naar de Noordweg en verder op aanwijzing van de kampwacht.
Voor het vervoer van bagage en materiaal zijn meerdere karren en kruiwagens beschikbaar. Deze worden na gebruik weer teruggebracht.
Bij de ingang van het terrein is plek om, in overleg met de kampwacht, twee aanhangers te parkeren. Als deze plekken bezet zijn, blijven aanhangers op de parkeerplaats. Kampeerders dienen zelf voor een slot te zorgen. Aanhangers mogen niet op de paden of op de kampeervelden geplaatst worden.
Fietsen op het terrein is niet toegestaan, ermee lopen en als bagagedrager gebruiken wel. Daarbuiten horen fietsen in de stalling.
Honden zijn niet toegestaan op het terrein.
Er mag niet gegraven worden en geen palen in de grond geslagen worden. Dit geldt ook voor geultjes rondom tenten.
Tussen 23:00 en 7:00 uur zal er rust zijn op het terrein.
Bij vertrek zorgt de groep dat de gebruikte velden, de stookbakken en de directe omgeving daarvan leeg zijn, geleende materialen bij de kampwacht zijn teruggebracht, en het afval in de container is gedaan alvorens de verantwoordelijke leiding zich afmeldt.
Bij alarmsituaties wordt het SOS-signaal (··· / — — — / ···
) gegeven. Iedereen moet verzamelen op het parkeerterrein.
Die gevallen waarin deze kampregels niet voorzien, worden beoordeeld door de kampwacht.
Houtvuren op de kampeergronden zijn alleen toegestaan in de ingegraven stalen stookbakken of in een losse stookton mits deze niet rechtstreeks op de grond geplaatst is.
Er moet altijd minimaal één volle emmer water klaar staan zodra het vuur wordt aangestoken.
Het vuur mag nooit hoger zijn dan één meter boven de stookbak.
Er mag geen vuur zijn buiten de stookbak.
Voor een groot kampvuur is één van kampvuurcirkels de enige geschikte plek. Deze kan worden besproken bij de kampwacht.
Degene die bij een vuur in de kampvuurcirkel de leiding heeft moet weten waar de brandslanghaspel is opgesteld, en hoe die moet worden bediend. De kampwacht heeft de sleutel. De brandslanghaspel is alleen voor calamiteiten en niet om aan het einde het vuur te doven.
Op het terrein zijn bij de ingang, bij de kampvuurcirkels en op diverse velden houtstapels te vinden. Het hout op deze locaties mag voor het stoken van vuren worden gebruikt.
In het bos zijn van takken houtwallen opgeworpen. Van deze houtwallen moeten de kampeerders afblijven. De houtwallen hebben namelijk een hele belangrijke natuur ecologische functie. Het verwijderen van takken verstoort deze functie. Kortom, houtwallen zijn geen stookhout.
De losliggende takken op het kampeerterrein en de percelen rondom mogen wel gesprokkeld worden.
Voor het stoken van houtvuren mag uitsluitend ongeverfd hout worden gebruikt. Er mag beslist geen brandbare vloeistof worden gebruikt.
Men moet de vuren zo veel als mogelijk laten opbranden en het hout tot as laten verbranden. Het vuur mag nagloeien in de stookbak als er geen vlammen meer uitkomen en er geen vers ontvlambaar materiaal op of in de buurt van de stookplaats te vinden is.
Dus niet aan het eind van het vuur nog flink even wat stammen er opgooien en vervolgens snel het vuur doven met een of meer emmers water.
De ongebrande stukken hout brengt men terug naar de houtstapels. De aangebrande stukken hout levert men in bij de kampwacht.
Gooi nooit de as in het bos. Dit is erg schadelijke voor de flora en fauna.
Bij vertrek moet de stookbak leeg zijn. Warme asresten in een kruiwagen scheppen en afvoeren naar de speciaal bij de kampwacht aanwezige as-ton.
Bij grote droogte zal de brandweer een stookverbod afkondigen.
Op het terrein zijn twee afvalcontainers aanwezig. Het legen van een container is kostbaar. Daarom houden we graag de kosten in de hand door bewust met afval om te gaan:
Beperk je afval tot het minimum.
Vuilniszakken moeten goed dichtgeknoopt zijn voordat ze in de container worden gedaan.
Maak de omvang zo klein mogelijk. Stamp blikken, dozen etc plat.
Karton en papier verbranden, dus geen kartonnen dozen in de container.
Glas en blik horen niet in de container, maar worden door de kampeerders zelf voor het statiegeld aangeboden of naar de glasbak gebracht.
Grof afval, zoals kapotte stoelen of tenten, oud ijzer en klein chemisch afval hoort niet in de container en moeten de kampeerders zelf afvoeren.
Bij vertrekkende groepen van zomerkampen: houdbaar overgebleven eten dat je niet meeneemt, niet weggooien maar inzamelen bij de kampwacht voor de groepen die aankomen.